Toepassingskaart 5: Afstemmen in taaksituaties

Afstemmen in taaksituaties 
Hieronder het eerste voorbereidiingsformulier, zoals ingezet t.b.v. rekenen van leerling JL. Ik heb vervolgens een tweede keer een andere weg gekozen, waarbij de tijdsteekproef een start vormde, met uiteindelijk een effectiever resultaat!

Lesvoorbereiding 1 

VAK & LES	Rekenen
GROEP	7
SCHOOL	Bikube
DATUM	11-03-2015
OPMERKINGEN	M.b.t. toepassingskaart 5, thema Diversiteit

ALGEMEEN
BEGINSITUATIE
Met deze rekenles richt ik mij op leerling JL, die regelmatig niet-taakgericht gedrag vertoont. Hij reageert makkelijk op andere leerlingen en geeft zelf ook aan (makkelijk) afgeleid te zijn en hier last van te hebben.

m.b.t. LEERLING
Deze leerling heeft door de jaren heen al vaker extra aandacht gekregen en met ouders is er regelmatig overleg (geweest) over de aanpak, specifieke afspraken en werkwijzen.

OPMERKINGEN
-

START
INSTRUCTIE
Ik geef het doel van de les aan (inhoud berekenen, mede a.d.h.v. een aquarium). Ik geef aan dat leerlingen de uitleg van de vorige dag weer gebruiken om vandaag zelf aan de slag te gaan. Ik herhaal vervolgens de stappen om de inhoud te berekenen (LxBxH).

WERK
LEERLINGEN		LEERKRACHT
De leerlingen maken de les. Eerst stil zelf. De leerlingen mogen binnen hun groepje overleggen of vragen stellen.		Ik laat de leerlingen eerst 10 minuten zelf werken. Ik loop rond/bied hulp waar nodig.

EINDE
AFRONDING
De leerlingen kijken hun werk zelf na en komen langs om het aantal fouten te vertellen. Dit is geen ‘verplichting’, maar het gebeurt vaak wel, zowel door leerlingen die weinig fouten hebben als leerlingen die wat meer moeite hebben met rekenen.

OPMERKINGEN
Met JL is de afspraak dat hij zelf een plek kan kiezen om rustig te werken. Ook heeft hij een koptelefoon om geluid ‘buiten te sluiten’. Het is in eerste instantie aan hem dit te gebruiken, is onze afspraak.

REFLECTIE
m.b.t. INHOUD
De les in het algemeen verliep lekker. De kinderen gingen eerst zelf aan het werk en lieten elkaar ook lekker werken. Later werd het wat drukker, tijdens het overleggen en met name daarna bleek JL wat moeite te hebben met het werken en het anderen laten werken. Hij was minder snel geneigd een rustige plek te zoeken en zijn koptelefoon te pakken. Eenmaal hielp ik hem door aan te geven: “Je mag zelf een keuze maken hoe je lekker kan werken hè.” Hij knikte en bleef zitten, zonder koptelefoon. Wel ging hij langer aaneen aan de sommen.

m.b.t. PROCES

Voor de volgende les heb ik met de leerkracht afgesproken hem wat meer te vragen om ergens anders te zitten, een koptelefoon te pakken of buiten de klas te zitten om te werken (niet voor straf, maar voor zijn rust). De leerkracht gaf aan dat zij met JL ook de afspraak heeft m.b.t. koptelefoon en rustige werkplek, dus ik wil meer kijken wat effect heeft op hem en voor hem, qua koptelefoon of rustige werkplek.

m.b.t. LEERKRACHT
Ik had het misschien geheel aan JL moeten laten om zelf te kiezen hoe hij wilde werken, i.p.v. er op te zinspelen dat hij een keuze kan maken om lekker te werken. Wel gaf ik het alleen aan, ik maakte het niet concreet of ik gaf niks aan hoe ik wilde dat hij zou werken.

OPMERKINGEN
Hij liet na mijn ‘algemene’ opmerking wel meer anderen met rust en met name zichzelf meer werken. Dat was fijn, zeker ook voor hem, omdat hij zijn werk toen sneller af had.